De leeswereld van Jet Ghoos
Tijdens Jeugdboekenmaand brengen we kinder- en jeugdboeken onder de aandacht, en wie kan daarover beter vertellen dan de jeugd zelf? In deze Leeswereld-special ontdek je de boekentips en leesroutines van tien kinderen en jongeren. Deze aflevering: Jet Ghoos.
door Matthias M.R. Declercq
‘Kijk, dit is mijn grote held’, zegt Jet. Op de salontafel in het Limburgse Ham ligt een stapel boeken. Jet schuift de onderste behoedzaam onder de stapel uit en presenteert het boek als was het een kostbaar schilderij. ‘Hij is zooooo getalenteerd.’ Op de cover zie je een jongen met ros haar in een rode outfit. DE BRUYNE staat in grote letters boven de tekening. En daar nog eens boven lees je Helden van het EK 2021. ‘Dit boek vertelt het levensverhaal van Kevin De Bruyne’, zegt Jet. ‘Hij is mijn idool. Van het dorp waar hij is geboren, tot zijn doorbraak bij KRC Genk en de Rode Duivels en zijn grote transfer naar Manchester City: het staat er allemaal in. Kevin is echt fantastisch! Hij heeft een keigoed afstandsschot, leest het spel supergoed en geeft altijd belangrijke passen. Niemand is zo goed als Kevin. Echt niemand.’
Jet is twaalf jaar, zit op internaat in het Atlas College in Genk, volgt er de richting Topsport-voetbal, traint mee met de meisjes van KRC Genk en speelt in de weekends mee met de jongens van Leopoldsburg. Als de beentjes zijn leeggelopen nestelt Jet zich in de zetel of in bed, en klapt een boek open. Jet leest ook mee in de Leesjury (de leesclub voor kinderen en jongeren van Iedereen Leest) in Ham. Voetballen en lezen zijn de twee poten waarop haar jonge leven is gestoeld, en als het van Jet afhangt is dat in de toekomst niet anders. ‘Dát zou nog eens ideaal zijn: een leven als profvoetbalster, en daar dan in bijberoep over schrijven!’
Spijkerbroek
Jet Ghoos praat als een routinier die al een leven lang leest. ‘Ik weet waarom ik van boeken houd’, zegt ze, ‘omdat ze je weghalen uit de bestaande wereld en je tot rust brengen. Wie leest heeft geen tijd om te piekeren of zich zorgen te maken. Je ligt gewoon in bed en verdwijnt in het verhaal.’ Er gaat geen dag voorbij dat de tiener niet leest, net zoals er geen dag voorbijgaat dat ze niet tegen een bal trapt. ‘Ik lees iedere avond, of dat nu thuis is of op school. Zelfs in de studiezaal lees ik, als mijn huiswerk af is. Altijd zijn het boeken die ik ’s weekends in de bib ontleen, in de week uitlees op internaat, waarna ik op zaterdag weer naar de bib ga om nieuw leesvoer voor de komende week in te slaan.’
‘Het liefst lees ik avonturenverhalen, zoals Schattenjagers (van de Amerikaanse auteurs James Patterson en Chris Grabenstein) over broers en zussen die niet alleen naar goud zoeken, maar ook naar hun verdwenen ouders. Ik houd van spannende boeken, van verhalen die waar zouden kúnnen zijn, en die niet te veel prentjes gebruiken, want dat leidt alleen maar af. Een tekening toont hoe een huis eruitziet, terwijl ik veel liever zelf bedenk hoe dat huis eruitziet. Ook Kruistocht in spijkerbroek (van Thea Beckman) is een superfijn boek. Die teletijdmachine is er een beetje over, maar toch geloof ik het. Dat was een van mijn papa’s lievelingsboeken. Hij heeft me dat boek cadeau gedaan, en hoewel ik het soms heel eng vond, was het wel spannend.’
Muizen
Lezen is gemeengoed bij de familie Ghoos. De teletijdmachine brengt vader Niels in gedachten terug naar Tessenderlo, naar een tijd waar ieder gehucht nog een eigen bib had. Zodra je die als kind had uitgelezen, fietste je gewoon een paar straten verder, naar een andere bib, om ook die uit te lezen en uiteindelijk te eindigen in de grote gemeente- of stadsbib. Nog altijd leest vader Ghoos veel boeken, vaak over geschiedenis. Dat doet ook moeder Lilly, wiens leeswereld draait rond de vragen die de bestaande wereld opwerpt, zoals autisme, waarmee een van Jets broertjes kampt. ‘De leescultuur is hier heel natuurlijk gegroeid’, zegt Lilly. ‘Daar stak geen weldoordacht plan achter. Ik las als kind veel, mijn man ook, en voorlezen aan je eigen kinderen was gewoon vanzelfsprekend. Dat Jet die liefde voor lezen heeft opgepikt is fijn om zien. We dringen haar niks op. Ze doet gewoon alles op haar manier: kiest voor kort haar, voor een toffe bril, voor de kleren die ze mooi vindt, voor voetbal, en dus ook voor lezen.’
‘En voor muizen!’, zegt Jet, die nog een boek van de stapel haalt: Blauw maar dapper (ook van James Patterson en Chris Grabenstein). ‘Mozes is een muis, een blauwe muis om precies te zijn’, zegt Jet, die voorleest. ‘Een muis die kan praten en lachen en lezen en die gevoelens heeft, net zoals jij. Hij wil zijn zesennegentig broers en zussen redden uit verschrikkelijke omstandigheden, maar moet daarvoor afrekenen met al die grotere wezens die het op muizen gemunt hebben: katten, vogels en… de mens. Gelukkig krijgt Mozes hulp van de mooie Mikayla en haar muizenclan en van een heel speciaal meisje dat Hailey heet.’
“Een boek lezen is veel leuker dan een film bekijken, want in een film kan je niet zelf kiezen hoe iedereen er uitziet. Dat is zoals met prentjes in boeken. Een tekening toont hoe een huis eruitziet, maar ik bedenk dat veel liever zelf.”
Jet: ‘Mozes is een beetje onzeker. Hij durft niet veel en is snel bang. Maar al zijn vrienden zijn ontvoerd en worden gebruikt in dierenlabo’s. Daar proberen ze nagellak en zo uit op die muizen. Ze zwellen ervan op. Mozes redt ze uiteindelijk allemaal. Blauw maar dapper is een echt avonturenboek. Je bent mee met Mozes, beleeft veel spannende momenten. Zo’n boek lezen is veel leuker dan een film bekijken, want in een film kan je niet zelf kiezen hoe iedereen er uitziet. Dat is zoals met prentjes in boeken. Ja, ik lees liever dan dat ik naar de televisie kijk. Behalve als er voetbal op tv is, dat is leuker om naar te kijken. Zeker naar Kevin.’ (lacht)
Tijdens Jeugdboekenmaand brengen we kinder- en jeugdboeken onder de aandacht, en wie kan daarover beter vertellen dan de jeugd zelf? In deze Leeswereld-special ontdek je de boekentips en leesroutines van tien kinderen en jongeren.
Deel dit artikel: