De leeswereld van Piet Devos
'Lezen is denken met andermans hoofd', zei Schopenhauer. Maar wat zoeken we in dat andere hoofd? Is het rust, verstrooiing, kennis? Dit is Leeswereld, een interviewreeks over de rol van lezen, over schoonheid, over taal. Deze aflevering: Piet Devos, schrijver, vertaler en literatuurwetenschapper.
door Matthias M. R. Declercq
'Het is een natuurlijke reflex', zegt Piet Devos. 'Wil ik meer weten over een bepaald thema, dan zoek ik niet naar filmpjes op YouTube. Nee, dan zoek ik automatisch naar het juiste boek. Alleen lezen staat me toe een onderwerp in de diepte te doorgronden. Boeken, altijd eerst boeken. Maar wees gerust, ik weet dat hier in mijn bureau amper boeken staan (lacht).'
Piet Devos is gediplomeerd vertaler Frans-Spaans, studeerde literatuurwetenschap in Groningen, deed een postdoc in Montréal en richt zich in zijn literair en wetenschappelijk werk vaak op de invloed van taal en cultuur op onze manier van kijken, horen en voelen. De kennis van Piet Devos over de letteren is indrukwekkend, dat is ook zijn filosofische bagage.
In zijn keurige en netjes geordende bureel, op de tweede verdieping van een rijzig pand nabij het station van Kortrijk, staat alleen een kleine kast met filosofische boeken. Nietzsche, Kant en Hegel lees je op de rug. Later in het gesprek geeft de waarheid zich bloot: het gros van de boeken staat niet in de kast, maar op een schijf. Op de laptop van Piet Devos vind je meer dan drieduizend digitale boeken. 'Was dat een verzameling papieren boeken, dan was dit bureau veel te klein.'
Braille
Dat het leven van Piet Devos om boeken zou draaien, stond bij zijn geboorte al in de colofon geschreven. Als leerkracht gaf vader Devos les geschiedenis en tekenen, en bouwde thuis als liefhebber aan een omvangrijke collectie van meer dan tienduizend boeken. Multatuli, Elias Canetti, Virginia Woolf, Jorge Luis Borges: ze stonden op Piet te wachten. 'Zelfs de akoestiek van het huis werd door de boeken gedempt', zegt hij. Alleen heeft de zoon zich nooit kunnen ingraven in de collectie van vader. 'Op vijfjarige leeftijd, net op het ogenblik dat een kind leert lezen, werd ik blind (retinoblastoom werd gediagnosticeerd, een zeldzame netvliesaandoening, red.)', zegt Piet. 'Natuurlijk was dat erg ingrijpend, maar ik leerde meteen het brailleschrift en kreeg zo alsnog snel toegang tot boeken. Ik ken de wereld dus zowel uit ziend als uit blind perspectief en besef dat de eerste vijf jaren van een mensenleven ontzettend belangrijk zijn. Het zijn de bouwstenen waarmee je je leven vorm geeft. Eens het brailleschrift onder de knie, activeerden boeken mijn oude, visuele herinneringen en vulden die aan. Een specifieke beschrijving van een boom in een boek diepte zo mijn bestaande visuele beeld van een boom uit. Net zoals ik nu de oude Russen lees als ik op reis ga naar Sint-Petersburg. Boeken stellen mij in staat de werkelijkheid te verbeelden.'
Synesthesie
'Bleek ik ook synesthesie te hebben (vermenging van de zintuigen). Daardoor is voor mij elke letter verbonden aan een kleur en roept een muziekstuk geometrische patronen bij me op. Bij het lezen ervaar ik dus van kindsbeen af spontane, visuele verbeeldingen. Boeken zogen me toen al op, ze prikkelden mijn fantasie en gaven mij onbewust een houvast. Dat was ook nodig. Mijn schoolgaande jeugd was niet eenvoudig. Het onderwijsniveau was prima, maar ik zat niet in een traditioneel blindeninstituut, wel in een school waar ook kinderen met gedragsproblemen werden in ondergebracht. Daardoor vond ik moeilijk aansluiting bij klasgenoten, maar voelde me des te beter bij een verhaal, een boek. Enig probleem: het aanbod.’
Columbus op cassette
'Mijn vader reikte me cassettes aan met verhalen over Columbus, maar mijn leeswereld was als kind afhankelijk van de beschikbare boeken in brailleschrift en de ingesproken luisterboeken. Een stripverhaal was voor mij moeilijk toegankelijk, al vulde een hoorspel van Kuifje of Asterix die leemte wel op. En plots was daar het internet en ging de wereld open. Aanvankelijk was de snelle ontwikkeling van het internet vooral een zegen voor mijn zelfstandigheid. Sindsdien kon ik pakweg de treinuren zelf opzoeken, maar de laatste tien jaar is het internet zodanig geëxplodeerd dat ik nu ook toegang heb tot miljoenen boeken. Ik ben lid van acht internationale bibliotheken (o.a. bookshare.org in de Verenigde Staten en CELA in Canada (groot aanbod Franse en Engelstalige boeken)) en kan boeken in MP3-formaat downloaden. Dat is fantastisch. Evengoed zijn er tekstbestanden die worden voorgelezen via synthetische spraak, of scan ik boeken om ze daarna om te zetten naar een ander formaat. Daarom staan er dus meer dan drieduizend boeken op mijn laptop, en staan ze niet in de kast.'
Doorbraakboeken
'Jaren geleden ging ik op zoek naar iemand die mijn perspectief deelde, en stootte op Jacques Lusseyran, een Franse auteur die blind werd op zijn achtste. Lusseyran leidde een spectaculair leven. Hij werd in de Tweede Wereldoorlog als verzetsstrijder afgevoerd naar het concentratiekamp van Buchenwald, overleefde de oorlog en gaf nadien in de VS les over Franse literatuur. Zijn leven leest als een roman. Lusseyran beschrijft als blinde hoe de literatuur een grote invloed heeft op onze blik op de maatschappij. Het lezen van zijn werk leidde tot herkenning, maar twee andere boeken hebben mij op de haast verwoestende kracht en schoonheid van literatuur gewezen. De kleurenvanger van Peter Verhelst las ik op mijn achttiende. Dat je er in slaagt om puur met taal een eerlijke sprookjeswereld op te bouwen, sloeg mij met verstomming. De zintuiglijke stijl van Verhelst voelde voor mij aan als een trip, alsof ik weg was van de wereld. Het andere boek is Altazor van de Chileen Vicente Huidobro. In die epische dichtbundel valt een man aan een parachute door de open ruimte en ziet onder zich de hele geschiedenis passeren. In dat boek komen al mijn passies samen: filosofie, geschiedenis, metafysica, taal en verbeelding. De vallende mens als metafoor voor de moderne mens, op zoek naar houvast (Devos zorgde overigens voor de eerste Nederlandse vertaling van Altazor, Hogevalk genaamd, red.). Huidobro behoorde tachtig jaar geleden tot de avantgardisten. Kunstenaars met een groot geloof in de kracht van literatuur om de heersende denkbeelden omver te werpen, om het dominante discours in vraag te stellen. Daarom dat ik nog altijd erg houd van essayisten.'
Eclectisch
'Mijn huidige leeswereld is eclectisch: van een roman tot een dichtbundel tot een wetenschapsblad. Ik lees alles door elkaar, maar mijn hart klopt het meest voor zij die onze wereld uitdagen. Mensen als Patricia De Martelaere, Margaret Atwood (MaddAddam-trilogie) en recent nog Juli Zeh. De Duitse schreef met Corpus Delicti een intrigerende roman waarin ziekte een misdaad is. Boeken zetten aan het denken. Boeken kunnen de wereld veranderen. Nog altijd, jawel.'
Deel dit artikel: